Ik plaats hier een gedicht voor mijn leesdossier:
De auteur is Lucebert,
pseudoniem van Lubertus Jacobus Swaanswijk geboren te Amsterdam
15 September 1924, overleden te Alkmaar 10 mei 1994, het is
een werk uit de verzamelde gedichtenbundel uitgegeven door De Bezige Bij,
Amsterdam 2002.
Geschreven in 1952
[ik tracht op poëtische wijze]
ik tracht op poëtische
wijze
dat wil zeggen
eenvouds verlichte waters
de ruimte van het volledig leven
tot uitdrukking te brengen
ware ik geen mens geweest
gelijk aan menigte mensen
maar ware ik die ik was
de stenen of vloeibare engel
geboorte en ontbinding hadden mij niet aangeraakt
de weg van verlatenheid naar gemeenschap
de stenen stenen dieren dieren vogels vogels weg
zou niet zo bevuild zijn
als dat nu te zien is aan mijn gedichten
die momentopnamen zijn van die weg
in deze tijd heeft wat men altijd noemde
schoonheid schoonheid haar gezicht verbrand
zij troost niet meer de mensen
zij troost de larven de reptielen de ratten
maar de mens verschrikt zij
en treft hem met het besef
een broodkruimel te zijn op de rok van het universum
niet meer alleen het kwade
de doodsteek maakt ons opstandig of deemoedig
maar ook het goede
de omarming laat ons wanhopig aan de ruimte
morrelen
ik heb daarom de taal
in haar schoonheid opgezocht
hoorde daar dat zij niet meer menselijks had
dan de spraakgebreken van de schaduw
dan die van het oorverdovend zonlicht
Beoordeling / mening
van van het gedicht:
Het is een gedicht geschreven in 1952, ik vindt het een
moeilijk gedicht om te begrijpen, dat komt omdat de zinnen niet zijn afgemaakt.
Je kan uit het gedicht niet gelijk opmaken wat de schrijver ermee bedoeld. Er
is geen duidelijke boodschap die Lucebert aan de lezer wil overbrengen. Er
staan veel zinnen met sterke woorden maar ik zie er geen logisch verband in. Het is
een beetje chaotisch geschreven. Wel gebruikt hij duidelijk als thema “de
mens”.
Persoonlijk lees ik liever een gedicht dat een duidelijke boodschap overbrengt
aan de lezer. Iets met gevoel en emotie …….. Waarvan de tekst goed te begrijpen is. Misschien is de titel daarom ook
wel “
Ik tracht op poētische wijze ”.
Dex Lorist
Mooi, jouw reactie op het gedicht van Lucebert.
BeantwoordenVerwijderen